Een pasgeboren baby ademt precies zoals het moet: een diepe ademhaling met gebruik van het middenrif. Als kinderen opgroeien, verliezen ze vaak geleidelijk deze capaciteit. We gebruiken niet onze volledige longcapaciteit en vergeten onze middenrifspier te gebruiken. We ademen over het algemeen ook veel te snel.

Volwassenen ademen gemiddeld 23000 keer per dag, zonder dat we daar hoeven bij na te denken. Kinderen ademen in het algemeen sneller dan volwassenen.

‘Hoe jonger het kind, hoe sneller de ademhaling’ geldt zelfs als algemene regel.

Kleuters ademen tussen de 25 en 30 keer per minuut, lagere schoolkinderen meestal tussen de 20 en 25 keer per minuut en tieners ademen tussen de 15 en 20 keer per minuut. Volwassenen ademen tussen de 8 en 20 keer per minuut.

Bij inademen via de neus wordt de ingeademde koude lucht voorverwarmd en ook gefilterd van ongewenste stofdeeltjes. Neusademhaling heeft dus duidelijk voordelen ten opzichte van mondademhaling, of anders geformuleerd ‘ the nose is to breathe, the mouth is to eat”.